Leerlingen worden ingenieur bij nieuwe module Bouwen op Bewegende Bodem
Hoe zorg je dat een bouwwerk stevig wordt, ook al staat het op een bodem die niet stilstaat? Dat is precies de vraag waar leerlingen antwoorden op gaan vinden als ze de nieuwe module Bouwen op Bewegende Bodem volgen. Ze doen eerst diepgravend onderzoek naar verschillende oorzaken van bodembewegingen en vormen dan een fictief ingenieursbureau. De module kwam tot stand in opdracht van en in nauwe samenwerking met Antea Group, een echt ingenieursbureau. Dat is een koppeling met het bedrijfsleven die voor het voortgezet onderwijs uniek is. De module is bedoeld voor scholen die het vak natuur, leven & technologie aanbieden.
‘Er zijn verschillende oorzaken van een bewegende bodem,’ zegt Eveline de Pree, een van de auteurs van de module, zelf nlt- en aardrijkskundedocent aan het Stanislascollege in Pijnacker. ‘Dat gebeurt door inklinking bijvoorbeeld, of aardbevingen. En natuurlijk gaswinning, een thema dat erg actueel is.’ Eerst gaan leerlingen in vijf expertisegroepen uiteen. Elke groep kiest een onderzoeksrichting: bodem en ondergrond, bouwmaterialen, constructies, fundering en trillingen. De Pree: ‘Elk groepje mag kiezen op welke manier ze hun bevindingen presenteren. Een diapresentatie, een vlog of misschien wel een podcast.’ De leerlingen kiezen de presentatievorm die het beste bij hun onderzoeksresultaten past. Daarna worden nieuwe groepjes gevormd met uit elke onderzoeksgroep één deelnemer. ‘Zo heb je dan gezamenlijk overal verstand van,’ aldus De Pree.
De leerlingen kiezen per groep een van de locaties. Gaswingebied Loppersum bijvoorbeeld, of Kerkrade, vanwege de mijnbouw. Of Roermond, dat op een breuklijn ligt. En ze kiezen een bouwwerk: van rijtjeshuis tot flatgebouw. Ivan Vermeulen is docent nlt en natuurkunde aan Wartburg College locatie Guido de Brès in Rotterdam. Hij draaide de module nu een paar keer. ‘Leerlingen vinden de tweede fase van deze module erg leuk. Ze mogen dan een bedrijfsnaam en logo bedenken en doen alsof ze een echt ingenieursbedrijf zijn. Als docent zie je dan dat sommige leerlingen verborgen talenten hebben. Zo had ik vorig jaar een jongen in de klas die de anderen enorm wist te motiveren. Dat had ik bij hem niet verwacht en ik vond het geweldig om te zien.’ De leerlingen werken vervolgens toe naar een adviesrapport. Worden er creatieve plannen gemaakt? ‘Jazeker,’ zegt Vermeulen. ‘Soms zie ik oplossingen voorbij komen waar ik nog nooit van gehoord had.’ Zo kwam een groep met het idee de trillingen in een gebouw te dempen door de betonnen platen op veren te laten rusten. ‘Andere groepen zoeken het veel meer in de hoek van het bouwmateriaal en kiezen bijvoorbeeld voor hout, omdat dat niet alleen flexibel is, maar ook erg duurzaam.’
Doordat leerlingen zich eerst vastbijten in één onderwerp en daarna een multidisciplinair team vormen, leren ze hoe veelzijdig het vak van ingenieur is en dat je vooral ook goed met anderen moet kunnen samenwerken. ‘We hebben bewust voor het onderwerp gekozen, omdat er heel veel expertises samen moeten komen om tot een goede oplossing te komen. Dat is precies hoe het in het echt ook gaat,’ vertelt Maarten Klont, als bouwkundig adviseur bij ingenieurs- en adviesbureau Antea Group nauw betrokken bij de totstandkoming van deze module. ‘Ook in het echt werk je in een multidisciplinair team om ingewikkelde processen te begeleiden.’ Antea Group hoopt met deze module het vak van ingenieur breder onder de aandacht te brengen. ‘Leerlingen worden expert op een bepaald gebied, en leren dat ze daarmee op grotere schaal bijdragen aan een project, precies zoals het in het echt ook gaat.’
Docent Vermeulen vindt deze module een aanrader voor andere nlt-docenten. ‘Het heeft alles waar nlt voor staat in zich: je bent als leerling nu eens niet bezig met toetsen maken, maar je moet goed samenwerken en je bevindingen kunnen presenteren. Leerlingen leren als onderzoekers betrouwbare informatie boven water te krijgen door zorgvuldige experimenten te doen.’